Er zijn verschillende manieren waarop mousserende wijnen worden verkregen. Méthode traditionnelle is de klassieke methode voor champagne, crémant en cava. Na de eerste vergisting wordt de wijn gebotteld. Daarna voegt de wijnmaker een beetje suiker en gist toe aan de fles. De fles wordt afgesloten met een kroonkurk waardoor het koolzuur dat ontstaat, in de fles wordt gehouden. Het gas integreert met de wijn en zo ontstaan er fijne bubbels.

Dan is er nog de Charmat methode waarbij de tweede vergisting niet in de fles maar ook in een tank plaatsvindt. Veel prosecco’s worden op deze manier gemaakt. De traditionele methode is arbeidsintensiever en duurder maar de kwaliteit van de mousserende wijn een stuk hoger. Het gebruik van druivenrassen is afhankelijk van het type mousserende wijn en het wijngebied. Zo wordt chardonnay, pinot noir en pinot meunier veel gebruikt voor champagne, riesling voor Duitse sekt, glera voor Italiaanse prosecco en macabeo, xarel-lo en parellada voor Spaanse cava.